dinsdag, december 04, 2007

Opvoeden in Marokko: scholing steeds belangrijker


Begin november schetste pedagoge Esmae Mahdi in de Pers een somber beeld van hoe de Marokkaanse gemeenschap in Slotervaart haar kinderen opvoedt: ouders die nauwelijks met elkaar communiceren, niet weten waar hun kinderen uithangen en zich maar weinig bemoeien met hun scholing. Hoe is de opvoedingsmoraal in Rabat, vroeg de Pers mij.....

Artikel in (door redactie de Pers) aangepaste versie verschenen in de Pers van 29 november 2007. Foto: Eve Coulon


Aan de rand van Rabat viert een groepje jongens van een jaar of 17 het einde van de schooldag met een wedstrijdje stunten op scooters en motoren. Hun hippe westerse outfits verraden op geen enkele manier hun afkomst uit een arme volkswijk. Het vervallen staatsschoolgebouw, de betonjungle aan flats en de verroeste kinderspeelplaatsen in de omgeving doen dat wel. ‘Veel van deze jongens brengen de rest van de dag op straat met vrienden door om pas net voor het slapengaan thuis weer aan te kloppen’, zegt onderwijzer Othmane. Huiswerk heeft geen prioriteit. ‘We kampen met talrijke zittenblijvers en vroegtijdige schoolverlaters.’ De onderwijzer schat dat 10% van de ouders in deze buurt de scholing van hun kinderen actief volgt en stimuleert. ‘Dat zijn meteen de best presterende leerlingen. Maar de meeste ouders bekommeren zich niet om de schoolprestaties van hun kroost. Ze worden opgeslokt door de dagelijkse strijd om brood op tafel.’ Een groot deel is analfabeet. Wat ze kennen is het harde leven van het platteland, waar ze oorspronkelijk vandaan kwamen en waar onderwijs geen rol speelde.

De paralellen met de situatie in probleemwijken als het Amsterdamse Slotervaart lijken eenvoudig te trekken. Toch is de context in Marokko anders.

Directeur van het Nederlands Instituut te Rabat en Marokko-kenner Paolo de Mas: ‘Jongens krijgen weliswaar een grote vrijheid om op straat hun tijd door te brengen, maar vanuit de samenleving gaat veel meer een corrigerende werking uit dan in Nederland. Bij uitwassen treden de politie en de mannen in de omgeving hard op.’

Die 10% ouders waar leraar Othmane het over heeft, hikt tegen het niveau van de middenklasse aan, waar het besef van het belang van onderwijs meer en meer doordringt. Middenklassers die het kunnen betalen, zetten hun kinderen op privé-scholen. Daar gaat een groot deel van hun salaris aan op, dus eisen ze inzet. Diezelfde jongeren zien hun ouders knokken om hun welvaartsniveau in stand te houden. Terugvallen op een stelsel van sociale voorzieningen is in Marokko geen optie. Je best doen op school om je slagingskans in de maatschappij te vergroten wel.

Twintig kilometer verderop eindigt de schooldag van de leerlingen op het prestigieuze Franse Lycee Descartes in een ander uiterste. Hier komt de Marokkaanse elite. Even hebben de jongeren tijd voor een spel van pronken en flirten, maar dan moeten ze mee met hun persoonlijke chauffeurs, wiens blinkende auto’s elke schooldag voor filevorming in de omgeving zorgen. ‘Het motto is linea recta naar huis om huiswerk te maken’, zegt een Franse onderwijzer. ‘Soms hoef ik de Marokkaanse leerlingen niets meer uit te leggen, omdat ze met privĂ©-leraren thuis al de leerstof voor de hele maand hebben doorgespit’. Waar de Franse leerlingen vrij toegang hebben tot Descartes, moeten de Marokkaanse leerlingen moeilijke toelatingsexamens afleggen. Hoge cijfers zijn voor hen bovendien noodzakelijk om in aanmerking te kunnen komen voor prestigieuze vervolgopleidingen.

Terug in de volkswijk, wijst Houssein, chauffeur bij een internationaal bedrijf, in zijn woonkamer trots naar de foto’s van zijn in Canada en Spanje studerende zoons. De zus van zijn vrouw, secretaresse bij de gemeente, helpt zijn nog schoolgaande dochter en zoon met hun huiswerk. In tegenstelling tot zijn eigen vrouw kan zij Frans, in Marokko de voertaal in het zakenleven en bij de overheid. Buurmeisje Miriam (16) druppelt binnen en luistert aandachtig naar ons gesprek. Wat later fluistert ze toe: ‘bij mij thuis gaat alles anders. Mijn vader geeft niets om mijn scholing. Ik ben dit jaar gestopt met school, omdat ik voor de tweede keer bleef zitten. Mijn vader wilde niet betalen voor de extra lessen die leraren na school aanbieden. Daarom lieten de leraren mij steeds zakken. Ze zijn corrupt. ‘Nu brengt ze overdag haar tijd op straat en bij vriendinnen door. ‘s Middags gaat ze het liefst naar ‘The Spot’ in de medina, waar skaters komen en andere ‘rockmeisjes’ zoals zij zichzelf definieert. ‘Dat zie je toch aan mijn kleding?’ Ze wijst naar haar zwarte leren jas en spijkerbroek.

De vrijheid die Miriam als tiener van haar ouders krijgt, is ongebruikelijk. Op een terras in Rabat vertelt koopman Benalimkadem, dat zijn nog jonge kinderen, inclusief zijn dochter van acht, na school op straat spelen. Zijn vriend Ahmed, vader van twee tienerdochters, vult aan: ‘Maar zodra de meisjes gaan menstrueren is het zaak ze na de lessen thuis te houden. Anders lopen ze voor je het weet met een dikke buik rond.’ Beide vaders vinden dat meisjes veel makkelijker zijn op te voeden dan jongens. ‘Ze zijn serieuzer, helpen in het huishouden en doen meer hun best op school.’ Voor de meisjes is onderwijs de manier om zich te onttrekken aan het sociale gebod jong te trouwen en kinderen te krijgen. De Mas: ‘goed opgeleide dochters kunnen hun ouders makkelijker ervan overtuigen dat niet iedere huwelijkskandidaat aan hen kan tippen’.

Hoe laat zijn baby van 4 maanden naar bed moet? Benalimkadem vindt het maar een rare vraag. ‘Soms om zeven uur, dan weer om 10 uur. Gewoon, afhankelijk van hoe moe ze is.’ De Mas: ‘Tot het begin van de pubertijd verwennen Marokkanen hun kinderen graag. Je kind niet oppakken zodra het huilt, strakke bedtijden? Marokkanen vinden dat liefdeloos. Maar daarna worden ze strenger, vooral voor meisjes, en is er dat corrigerende vermogen vanuit de samenleving. Nederlanders zijn juist eerst streng en geven hun kinderen dan vanaf hun twaalfde meer vrijheid. Dan denken we wel ‘als dat maar goed gaat’, maar tegelijkertijd hopen we dat het kind zich dankzij die vrijheid ontwikkelt.’ Met dat gebrek aan grenzen stellen en corrigeren op wat oudere leeftijd vindt de Mas dat Nederland in Europa een merkwaardig land geworden. ‘In de jaren vijftig was Nederland wat dat betreft heel anders. Dan zouden de Marokkanen meer in onze maatschappij herkennen en zou de botsing met de Nederlandse cultuur misschien minder fel zijn geweest.’